2014-05-13

‘Als deputy editor van een crossmediaal team moet je redacteur, programmeur en ontwerper tegelijkertijd zijn,’ zegt Tyson Evans, interactive news editor bij de New York Times tijdens zijn keynote op de Dataharvest+ Conferentie in Brussel. 

‘De kruising tussen technologie, design en journalistiek is moeilijk te vinden,’ zegt Evans, ‘maar we slagen er meestal wel in om het juiste verhaal te vertellen, op de juiste manier opgebouwd en in het juiste format’. Daarvoor heb je volgens hem vooral sterke teamleden uit alle velden nodig. ‘Ons team bestaat uit een dertigtal creatievelingen met diverse achtergronden – van reporters tot ingenieurs en techneuten’. Samen met de andere nieuwsteams maken ze interactieve verhalen rond grote nieuwsevents zoals de oscars of de superbowl en diepgravende onderzoeksjournalistiek die gebruik maakt van data of crowdsourcing.

Whimsy

Whimsy nevenprojecten,’ noemt Tyson Evans de creatieve projecten van de New York Times – en lanceert zo ineens hét nieuwe woord van de conferentie. Whimsy – fantasierijk, speels, grappig – ‘is good,’ zegt Evans. Zijn favorieten? Het twitterproject @NYT4thdownbot, Haiku’s en Black-out poetry, die de tekst in bestaande artikels op een poëtische manier hergebruikt, en the dialect quiz, dé hoogvlieger van de New York Times. ‘De meeste van deze nevenprojecten zijn echt nerdy en ontsproten louter en alleen uit de passie van mijn collega’s.

Design Proces

Het ideale design proces doorloopt volgens Evans zeven stappen. ‘Brainstorm, improviseer, maak een prototype, verfijn, test op het grote publiek, meet de impact en herhaal’. Repeat en remix zijn twee kernwoorden die Evans als rode draad door zijn betoog gebruikt. Volgens de duizendpoot is zowat alles op de markt een remix van een al veel ouder idee. De huidigde iPad ziet er niet veel anders uit dan een eerste prototype van een digitale krantenlezer uit – jawel – 1994. En de allereerste Google Streetview werd maar liefst 33 jaar geleden door het MIT ontwikkeld.

Ook bij de New York Times “stelen” ze graag een goed idee om het dan te remixen. Zo speelde iemand honderden keren hetzelfde racespel en maakte erna één video waarin hij alle beelden als lagen op elkaar plakte en die Evans’ team gebruikte als inspiratie voor een serie beelden die de New York Times in Sochi maakte. Maar ook intern bedachte formats worden verfijnd en hergebruikt. Voor de Winterspelen in Vancouver van 2010 besloot Amanda Cox de finishtijden niet visueel maar auditief weer te geven om de soms extreem minieme tijdsverschillen te benadrukken. ‘Tijdens de Olympische Spelen in Londen maakten we een video met dezelfde principes,’ zegt Evans. ‘En tijdens de laatste winterspelen hergebruikten we het idee weer – deze keer met foto’s’. Een belangrijke vereiste om intern en extern opgedane ideeën te hergebruiken? Een gezonde dosis zelfkritiek.

Kunnen of moeten?

‘Er zijn vele dingen die een nieuwsredactie kan doen,’ zegt Evans. ‘En er zijn er enkele die het absoluut moet doen. Daar waar deze twee begrippen elkaar ontmoeten, creëren we een toegevoegde waarde voor onze lezers’. Zonder gebrek aan zelfkritiek loodst Evans de aanwezige journalisten op chronologische wijze door enkele interactieve projecten van de New York Times. De start? De winterspelen in Vancouver – zijn allereerste winterspelen. Het team creëerde een resem alleenstaande pagina’s die op een innovatieve manier omsprongen met de enorme toevloed van data op de spelen.

Vier jaar later ziet Evans meer dan enkele kinderziektes in dat allereerste, grote, interactieve project. ‘De dringende nieuwswaarde van de pagina’s met datavisualisaties was nihil. De visualisaties werden op geen enkele manier geïntegreerd in of gelinkt met de nieuwsevents waar ze bij hoorden’. Het resultaat? Weinig verkeer en een slechte lezerservaring. Het team deed een tweede poging met de Olympische Spelen in Londen, maar vond ook daar naar eigen zeggen niet de meest optimale focus. Derde keer, goede keer dan maar: bij de winterspelen in Sochi plaatste het team datavisualisaties direct in een begeleidend artikel, tussen of half naast paragrafen. Ze experimenteerden ook met nieuwe media die ze uit meer commerciële kanalen oppikten, zoals een 360° zicht van bovenop de skiramp of fotomontages van ingewikkelde schaats- en skibewegingen.

Vier voorbeeldartikels uit Sochi:

  • Data, beeld en tekst samen in een analyse van de goude medaille in de slalom.
  • Een 360° uitzicht van bovenop de skiramp.
  • Fotomontages van ingewikkelde schaats- en skibewegingen of sprongen.
  • De odometer – een compilatie van cijfermateriaal dat tijdens de winterspelen in real-time werd geüpdatet.

Lezerservaring in evolutie

Experimenteren met nieuws is soms een moeilijk koord om op te dansen, getuigt Evans. ‘Als nieuwsmedium wil je vertrouwen creëren onder je lezerspubliek,’ zegt hij. ‘Maar soms moet je meegaan met de flow van het moment en de kennis en goesting van je team’. Ook de snelle ontwikkelingen op de technologische markt zouden de kostbare vertrouwensband onder druk zetten. ‘We kunnen niet voorspellen wanneer de nieuwe smartphone, iPad of besturingssoftware wordt gelanceerd en wat de invloed ervan is op de gebruiksvriendelijkheid van onze verhalen’.

De redacteur zag de perceptie van nieuws de laatste tijd op veel verschillende manieren veranderen. ‘De lezer verwacht meer dan informatie van een medium. Enkele jaren geleden ontstond er een nood aan data driven journalism en wilde het publiek rauwe data krijgen of zelfs kunnen bewerken. Even later kregen we een boost van hyperlokale journalistiek. De laatste zes maanden barstte er een quizcultuur los. Ook nu zien we een wedergeboorte van oude technieken en nieuwe kanalen’.

Volgens Evans resulteert de technologische evolutie in een race tussen wat de lezer wil, wat het team kan bieden en wat relevant is voor het verhaal. ‘Je twijfelt wel eens aan jezelf en aan je werk,’ geeft hij toe. ‘Is je concept al te geavanceerd voor je publiek? Of springt je lezer net zo snel op die digitale trein dat je nieuwste werk als onhandig en outdated overkomt? Net het moment dat je een nieuwe verteltechniek onder de knie hebt, komt er weer een nieuw toestel of software.’

--

Door Anneleen Ophoff (journaliste en studente Internationale Researchjournalistiek)
Dit artikel verscheen ook op akophoff.wordpress.com