BRUSSEL - We noemen ze transmigranten. Ook wel eens ‘illegalen'. Bijna een scheldwoord. Caroline van Gastel en Saar Van Eyck belichten de harde dagelijkse realiteit van een aantal jonge vrouwen in Brussel. Ze komen uit Eritrea, Ethiopië en Soedan waar het regime de bevolking onderdrukt en conflicten tussen gemeenschappen gewelddadig worden uitgevochten. De mensen kunnen amper overleven. Ze moeten familie en kinderen achterlaten op zoek naar werk. Wanneer ze hen weer zullen terugzien, staat in de sterren geschreven.
Een jaar lang volgden Caroline en Saar deze vrouwen in het Sister’s House, een nachtverblijf en noodopvang voor vrouwelijke vluchtelingen in Brussel. Het werd opgericht door burgers die zich solidair tonen en deze vrouwen onderdak bieden voor de tijd van een nacht, een maaltijd, een douche. Even weg van het straatleven waartoe ze zijn veroordeeld door de afwezigheid van een echte Europese migratiepolitiek. Ze komen voor het eerst voor de camera.
Het werd een beklijvend portret met verhalen over arrestaties, over familie en kinderen die ze al jaren alleen via de telefoon even kunnen horen. Het gaat over het geweld op hun lange tocht uit het thuisland maar we beleven ook hun vrolijkheid als ze samen zijn in het Sister’s House omdat ze daar kunnen ontspannen. Deze jonge vrouwen hebben elkaar nodig om verder te kunnen. Caroline en Saar volgden hen in het Sister’s House maar ook daarbuiten om de omstandigheden waarin ze moeten overleven beter te begrijpen. Ja, ze gingen zelfs mee naar de kerk. Geloof is hun enige houvast in het leven en geeft hen hoop.
Als ze het Sister’s House ‘s ochtends verlaten, zien ze er uit als vele jonge vrouwen van bij ons. Modern, verzorgd. Dit alles is dankzij het Burgerplatform BXL Refugees en de Ngo’s die zich het lot van deze jonge mensen aantrekken.
Na een gevaarlijke tocht van 8000km komen ze aan bij ons, in België. Hun asielaanvraag in de verschillende Europese landen is dan geweigerd maar ze moeten verder. Opgesloten in vrachtwagens waar ze s’ nachts in het geheim opklimmen, zonder eten en drinken, trachten ze vanuit ons land in Engeland te geraken. Hun laatste hoop want daar maken ze eventueel nog kans op asiel.
Inez, 23 jaar, uit Eritrea, tracht bijna elke dag in Engeland te geraken, op een vrachtwagen. “Ik heb een week buiten op straat geslapen. Het is koud en het regent. Nu ben ik ook ziek. Maar wat moet ik doen? Ik blijf proberen.”
Deze reportage is een pleidooi voor meer medemenselijkheid in onze maatschappij.
Lees hier het verhaal achter de documentaire.
Foto: © Caroline Van Gastel, Saar Van Eyck
TELEVISIE/ONLINE
Thank God I'm in Europe, Vranckx/De Nomaden, Canvas, 13/06/2020.